NL1008065C2

NL1008065C2 - Hearing protector in the form of an ear plug for use in auditory canal

Info

Publication number: NL1008065C2
Application number: NL1008065A
Authority: NL
Inventors: Rudi Peter Tiemann
Original assignee: Rudi Peter Tiemann
Priority date: 1998-01-19
Filing date: 1998-01-19
Publication date: 1999-07-20

Abstract

The hearing protector comprises a tubular ear plug (2) with a central channel (4) within whose outer end (5) fits the housing (6) for a muffling control (7). The base of the housing (11) only partly blocks the central channel, leaving an aperture (18). The muffling control can rotate to a number of discrete positions within, but is retained by, the housing; its base (13) is pierced by two or more holes (15).

Description

Korte aanduiding: Gehoorbeschermer met instelbare demping.Short designation: Hearing protector with adjustable attenuation.

De uitvinding heeft betrekking op een gehoorbeschermer, omvattende een in een gehoorgang van een gebruiker te plaatsen af dicht ingslichaam met een zich daardoorheen uitstrekkend kanaal, dat bij gebruik een luchtverbinding tussen de gehoorgang en de 5 omgeving vormt, waarbij in het proximale eindgedeelte van het kanaal een door draaien instelbaar dempingsorgaan aanwezig is.The invention relates to a hearing protector, comprising a sealing body to be placed in a ear canal of a user with a channel extending therethrough, which in use forms an air connection between the auditory canal and the environment, wherein in the proximal end portion of the channel a damping member adjustable by rotation is present.

Een dergelijke gehoorbeschermer is bekend uit het Europese octrooischrift 0 333 298. Het dempingsorgaan bij deze bekende gehoorbeschermer omvat een in het kanaal van het afsluitlichaam 10 bevestigd huis met een centrale boring, bestaande uit een cilindrisch, van schroefdraad voorzien gedeelte en een in distale richting taps toelopend gedeelte. In de boring past een van corresponderende schroefdraad voorziene en complementair aan het taps toelopende gedeelte van de boring gevormde stelpen, 15 die door draaien in de boring in axiale richting kan worden verplaatst, waardoor de doortocht naar de vrije omgeving kan worden ingesteld. Aldus is een traploze instelling van de doortocht en daarmede van de dempingswerking van het dempingsorgaan mogelijk.Such a hearing protector is known from European patent specification 0 333 298. The damping member in this known hearing protector comprises a housing mounted in the channel of the sealing body 10 with a central bore, consisting of a cylindrical threaded part and a taper in distal direction. tapered section. In the bore fits a threaded adjusting pin formed complementary to the tapered portion of the bore, which pin can be moved in the axial direction by turning in the bore, allowing the passage to the free environment to be adjusted. A stepless adjustment of the passage and thus of the damping effect of the damping member is thus possible.

20 Deze traploze instelling van de dempingswerking wordt bij de bekende gehoorbeschermer gebruikt om de dempingswerking op een door de gebruiker opgegeven waarde eenmalig door de fabrikant via meting in laten te stellen. Een eventuele wijziging van de dempingswaarde naar een andere dempingswaarde zal gewoonlijk 25 weer door de fabrikant door middel van het verdraaien van het instelelement en het gelijktijdig meten van de dempingswaarde dienen te worden uitgevoerd. De instelling van de dempingswaarde zal in het algemeen niet door de gebruiker worden gewijzigd. Wanneer de gebruiker de instelling van het dempingsorgaan echter 3 0 zelf verandert zal dit op het gevoel worden uitgevoerd en daarbij bestaat het gevaar, dat een voor het gevoel juiste dempingswerking van het dempingsorgaan in de praktijk onder bepaalde omstandigheden een te lage dempingswaarde blijkt te zijn, waardoor de gebruiker ongemerkt het risico loopt van gehoorbeschadiging op 35 termijn.This stepless adjustment of the damping effect is used with the known hearing protector to allow the damping effect to be set once by the manufacturer via a measurement set by the user. Any change of the damping value to a different damping value will usually again have to be carried out by the manufacturer by rotating the adjusting element and simultaneously measuring the damping value. The damping value setting will generally not be changed by the user. However, if the user changes the setting of the damping member himself, this will be effected on the feeling and there is the danger that a damping effect of the damping member which is correct for the feeling proves to be too low a damping value in practice, so that the user runs the risk of hearing damage over time without being noticed.

De uitvinding beoogt een gehoorbeschermer te verschaffen, waarbij de dempingswaarde van het dempingsorgaan door de gebruiker 1 0 o e o 6 5 2 zelf kan worden ingesteld.The object of the invention is to provide a hearing protector, wherein the attenuation value of the attenuator can be adjusted by the user himself.

De uitvinding verschaft daartoe een gehoorbeschermer van de in de inleiding genoemde soort, die als kenmerk heeft, dat het dempingsorgaan twee of meer discrete draaiposities met een 5 bijhorende dempingswaarde heeft.The invention provides for this purpose a hearing protector of the type mentioned in the preamble, which is characterized in that the damping member has two or more discrete pivot positions with an associated damping value.

Het voordeel hiervan is dat verschillende, vooraf door de fabrikant bepaalde dempingswaarden van het dempingsorgaan door de gebruiker zelf op eenvoudig en reproduceerbaar kunnen worden ingesteld.The advantage of this is that different damping values of the damping member predetermined by the manufacturer can be set by the user himself in a simple and reproducible manner.

10 Het dempingsorgaan kan op verschillende wijzen worden uitgevoerd om de bij de discrete draaiposities van het dempingsorgaan behorende dempingswaarden te verkrijgen, doch in een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het dempingsorgaan een eerste element met tenminste een doorgaande opening en een daarmee 15 samenwerkend tweede element met tenminste een doorgaande opening, welke elementen onderling draaibaar zijn, waarbij de openingen in die elementen elkaar in afhankelijkheid van de onderlinge draaihoek in een grotere of kleinere mate overlappen.The damping member can be designed in various ways to obtain the damping values associated with the discrete rotational positions of the damping member, but in a preferred embodiment the damping member comprises a first element with at least one through-opening and a second element co-operating therewith with at least one through-opening which elements are rotatable with one another, the openings in said elements overlapping each other to a greater or lesser degree depending on the mutual angle of rotation.

In deze uitvoeringsvorm veranderen de afmetingen van het 20 dempingsorgaan niet, wanneer het dempingsorgaan in gebruik op een andere dempingswaarde wordt ingesteld, waardoor een zeer compacte gehoorbeschermer met instelbare dempingswaarde wordt verschaft.In this embodiment, the dimensions of the attenuator do not change when the attenuator is set to a different attenuation value in use, thereby providing a very compact hearing protector with adjustable attenuation value.

In een voorkeursuitvoeringsvorm is het eerste element een 25 stationair element en het tweede element een draaibaar element, terwijl de discrete draaiposities door snappen of klikken bepaalde posities.In a preferred embodiment, the first element is a stationary element and the second element is a rotatable element, while the discrete pivot positions snap or click certain positions.

Bij een aldus uitgevoerde gehoorbeschermer wordt het dempingsorgaan zover gedraaid totdat een "klik" door de gebruiker wordt 3 0 gehoord of gevoeld, hetgeen aangeeft dat het dempingsorgaan zich in een discrete draaipositie bevindt. Het draaien van het dempingsorgaan kan daarbij eventueel worden uitgevoerd wanneer de gehoorbeschermer zich in het oor van de gebruiker bevindt.In a hearing protector thus constructed, the attenuator is rotated until a "click" is heard or felt by the user, indicating that the attenuator is in a discrete pivot position. Rotation of the damping member can optionally be carried out when the hearing protector is in the user's ear.

In een praktische uitvoeringsvorm vormt het stationaire 35 element een eindwand, waarvan een deel is weggebroken, van een in het kanaal aangebracht huis, en vormt het draaibare element een eindwand met een aantal op gelijke hoekafstanden van elkaar gelegen doorboringen met verschillende diameters van een in het huis aangebrachte bus, waarbij de bus in axiale richting buiten 40 het huis uitsteekt en in axiale richting vaststaat.In a practical embodiment, the stationary element forms an end wall, part of which has been broken away, of a housing arranged in the channel, and the rotatable element forms an end wall with a number of equally angled bores of different diameters of a diameter in the channel. sleeve mounted, the sleeve extending axially outside the housing and fixed in axial direction.

1008065 31008065 3

Het voordeel hiervan is dat het relatief stijve huis een zekere stijfheid aan het afdichtingslichaam geeft, waardoor de gehoorbeschermer gemakkelijker in de gehoorgang kan worden ingebracht, terwij1 bovendien het hanteren van het dempingsorgaan 5 gemakkelijk met de hand kan plaatsvinden.The advantage of this is that the relatively rigid housing gives a certain rigidity to the sealing body, so that the hearing protector can be inserted more easily into the ear canal, while, moreover, the handling of the damping member 5 can easily take place by hand.

Het in axiale richting vastzetten van de bus kan op verschillende wijzen worden uitgevoerd, doch in een voorkeursuitvoeringsvorm omvat het huis aan het van de eindwand daarvan afgekeerde einde een flens, die tegen een eindrand van het kanaal 10 aanligt, aan de omtrek waarvan een aantal over de omtrek verdeelde nokken met een naar binnen gerichte snapgroef zijn aangebracht, in welke snapgroef een op de bus aanwezige, complementair uitgevoerde snaprand grijpt.The bushing can be fixed in axial direction in various ways, but in a preferred embodiment the housing at the end remote from its end wall comprises a flange, which abuts an end edge of the channel 10, on the periphery of which a number over the circumferentially distributed cams are provided with an inwardly directed snap groove, in which snap groove a complementary snap edge present on the sleeve engages.

Bij de aldus uitgevoerde gehoorbeschermer wordt niet alleen 15 de bus in het huis van het dempingsorgaan in axiale richting gefixeerd, doch kan ook het eventueel vervangen van de bus door een andere bus met andere dempingswaarden eenvoudig worden uitgevoerd.With the hearing protector thus designed, not only is the sleeve fixed in the housing of the muffler in an axial direction, but it is also possible to easily replace the sleeve with another sleeve with different damping values.

In een praktische uitvoeringsvorm is op het buitenoppervlak 20 van de bus tenminste een uitsteeksel aangebracht en zijn in de binnenwand van het huis uitsparingen aanwezig, waarin het tenminste ene uitsteeksel bij draaien van de bus kan grijpen, waarbij het aantal uitsparingen overeenkomt met het aantal met het dempingsorgaan in te stellen dempingswaarden.In a practical embodiment, at least one protrusion is arranged on the outer surface 20 of the sleeve and recesses are present in the inner wall of the housing, in which the at least one protrusion can engage when the sleeve is rotated, the number of recesses corresponding to the number corresponding to the damping member to set damping values.

2 5 De uitvinding zal hieronder aan de hand van een in de tekening weergegeven uitvoeringsvoorbeeld nader worden toegelicht.The invention will be explained in more detail below with reference to an illustrative embodiment shown in the drawing.

Fig. 1 toont een aanzicht in perspektief van een gehoorbe-schermingsinrichting volgens de uitvinding.Fig. 1 shows a perspective view of a hearing protection device according to the invention.

Fig. 2 toont een langsdoorsnede van de in fig. 1 weergegeven 30 gehoorbeschermingsinrichting.Fig. 2 shows a longitudinal section of the hearing protection device shown in FIG. 1.

Fig. 3 toont gedetailleerder het in de gehoorbeschermings-inrichting van fig. 2 opgenomen dempingsorgaan.Fig. 3 shows in more detail the attenuator incorporated in the hearing protection device of FIG. 2.

Fig. 4 toont een onderaanzicht van het vaste gedeelte van het dempingsorgaan volgens fig. 3.Fig. 4 shows a bottom view of the fixed part of the damping member according to FIG. 3.

35 Fig. 5 toont een onderaanzicht van het draaibare instelge- deelte van het dempingsorgaan volgens de uitvinding.FIG. 5 shows a bottom view of the rotatable adjustment portion of the damping member according to the invention.

Fig. 6 toont een onderaanzicht van het dempingsorgaan volgens de uitvinding.Fig. 6 shows a bottom view of the damping member according to the invention.

Fig. 7 toont een bovenaanzicht van het dempingsorgaan volgens 40 fig. 3.Fig. 7 shows a top view of the damping member according to FIG. 3.

•jOO ö065 4• jOO ö065 4

Er wordt nu eerst verwezen naar fig. 1 en 2, waarin een gehoorbeschermer 1 volgens de uitvinding is weergegeven.Reference is now first made to Figs. 1 and 2, in which a hearing protector 1 according to the invention is shown.

De gehoorbeschermer 1 omvat een oordop 2 en een dempingsorgaan 3 . Het in de tekening weergegeven voorbeeld van een oordop vormt 5 het onderwerp van een gelijktijdig ingediende Nederlandse octrooiaanvrage en zal hierin niet in detail worden toegelicht. Het van een soepel materiaal vervaardigde oordop 2 wordt in een gehoorgang van een gebruiker geplaatst. De oordop 2 is zodanig uitgevoerd, dat bij plaatsing in de gehoorgang van de gebruiker, 10 rondom een afdichting tegen de wand van de gehoorgang wordt verkregen.The hearing protector 1 comprises an earplug 2 and a damping member 3. The example of an earplug shown in the drawing is the subject of a simultaneously filed Dutch patent application and will not be explained in detail herein. The earplug 2 made of a flexible material is placed in a ear canal of a user. The earplug 2 is designed in such a way that when placed in the ear canal of the user, around a seal against the wall of the ear canal is obtained.

In het centrale lichaam van de oordop 2 is een kanaal 4 (zie fig. 2) aanwezig, dat bij gebruik een luchtverbinding tussen de gehoorgang en de vrije omgeving vormt. Het kanaal 4 omvat 15 aan het proximale einde een verwijd gedeelte 5. In dit verwijde gedeelte 5 wordt het dempingsorgaan 3 geplaatst, zoals te zien is in fig 2.In the central body of the earplug 2 there is a channel 4 (see fig. 2), which forms an air connection between the ear canal and the free environment during use. The channel 4 comprises a widened part 5 at the proximal end. In this widened part 5 the damping member 3 is placed, as can be seen in fig. 2.

Er wordt nu verwezen naar fig. 3, waarin het dempingsorgaan 3 op vergrote schaal is weergegeven. Het dempingsorgaan 3 omvat 2 0 een in het verwijde gedeelte 5 van het kanaal 4 van het centrale lichaam van de oordop 2 aangebracht busvormig huis 6, dat met een naar buiten gerichte flens 8 aanligt tegen het uiteinde van het verwijde gedeelte 5. De flens 8 zorgt ervoor dat het huis niet verder het kanaal 4 kan worden ingedrukt. De flens 8 is 25 aan de omtrek voorzien van een achttal, gelijkmatig (zie fig.Reference is now made to Fig. 3, in which the damping member 3 is shown on an enlarged scale. The damping member 3 comprises a sleeve-shaped housing 6 arranged in the flared part 5 of the channel 4 of the central body of the earplug 2, which abut against the end of the flared part 5 with an outwardly directed flange 8. ensures that the housing can no longer be pushed channel 4. The flange 8 is circumferentially provided with eight, evenly (see fig.

4) over de omtrek verdeelde nokken 9, die elk van een naar binnen gerichte snapgroef 10 zijn voorzien.4) cams 9 distributed over the circumference, each of which is provided with an inwardly directed snap groove 10.

Het gedeelte van het relatief stijve huis 6 dat in het verwijde gedeelte 5 wordt geplaatst heeft een buitendiameter 30 die enigszins groter is dan de binnendiameter van het verwijde gedeelte 5. Bij plaatsing van het relatief stijve huis 6 in het buigzame verwijde gedeelte 5 zal een nauw sluitende passing van huis 6 en verwijd gedeelte 5 ontstaan, waardoor het huis 6 bij gebruik van de gehoorbeschermer 1 in het verwijde gedeelte 5 35 zal blijven zitten. Het huis 6 is aan het naar het kanaal 4 toegekeerde einde van een gedeeltelijk doorbroken eindwand 11 voorzien (zie fig. 4).The part of the relatively rigid housing 6 that is placed in the flared part 5 has an outer diameter 30 which is slightly larger than the inner diameter of the flared part 5. When the relatively rigid housing 6 is placed in the flexible flared part 5, a narrow The fitting 6 of the housing 6 and the widened part 5 will form, whereby the house 6 will remain in the widened part 5 when the hearing protector 1 is used. The housing 6 is provided at the end facing the channel 4 with a partially broken end wall 11 (see Fig. 4).

In het huis 6 is een bus 7 geplaatst. De bus 7 heeft op een buiten het huis 6 uitstekend, in radiale richting verbreed 40 gedeelte een snaprand 12, die bij het inbrengen van de bus 7 1008065 5 in het huis 6 in de snapgroeven 10 van de nokken 9 grijpt, waardoor de bus 7 tegen axiale verplaatsing is geborgd. Het verbrede gedeelte van de bus 7 doet dienst als knop om de bus 7 in het huis 6 te draaien om daarmede de dempingswaarde van 5 het dempingsorgaan 3 in te stellen. De bus 7 is aan het naar het kanaal 4 toegekeerde einde van een eindwand 13 voorzien. In de eindwand 13 zijn twee doorboringen 14 en 15 met verschillende diameters (zie fig. 5) aangebracht. In het weergegeven uitvoeringsvoorbeeld is een dempingsorgaan met drie verschillende 10 dempingswaarden getoond, te weten de bij de doorboringen 14 en 15 behorende dempingswaarden en een maximale dempingswaarde, behorend bij een draaipositie van de bus 7 in het huis 6, waarbij er geen luchtverbinding tussen gehoorgang en omgeving via het kanaal 4 aanwezig is. Het zal echter duidelijk zijn dat meer 15 doorboringen in de eindwand 13 kunnen worden aangebracht, waardoor het dempingsorgaan meer verschillende dempingswaarden heeft. De doorboringen 14 en 15 en de positie met maximale dempingswaarde zijn op gelijke hoekafstanden van elkaar gelegen. In het weergegeven voorbeeld zijn de doorboringen 14 en 15 en de positie 20 met maximale dempingswaarde bovendien op een cirkel gelegen, doch dit is niet noodzakelijk.A bus 7 is placed in the housing 6. The sleeve 7 has a snap edge 12 protruding outside the housing 6 in a radially widened section 40, which, when inserting the sleeve 7 1008065 5 into the housing 6, engages in the snap grooves 10 of the cams 9, whereby the sleeve 7 is secured against axial displacement. The widened portion of the sleeve 7 serves as a knob for turning the sleeve 7 into the housing 6 to thereby adjust the damping value of the damping member 3. The sleeve 7 is provided with an end wall 13 at the end facing channel 4. Two holes 14 and 15 of different diameters (see fig. 5) are arranged in the end wall 13. In the exemplary embodiment shown, a damping member with three different damping values is shown, namely the damping values associated with the bores 14 and 15 and a maximum damping value, associated with a pivot position of the sleeve 7 in the housing 6, whereby there is no air connection between the ear canal and environment is present via channel 4. It will be clear, however, that more holes can be made in the end wall 13, as a result of which the damping member has more different damping values. The bores 14 and 15 and the maximum damping value position are equidistant from each other. In the example shown, the bores 14 and 15 and the position 20 with maximum damping value are moreover located on a circle, but this is not necessary.

Op het buitenoppervlak van het in het huis 6 geplaatste deel van de bus 7 is een uitsteeksel 16 aangebracht. Het uitsteeksel 16 werkt samen met drie, in de binnenwand van het huis 6 aanwezige 25 uitsparingen 17 (zie fig. 4 en 6) . De uitsparingen 17 zijn op dezelfde hoekaf standen als de doorboringen 14 en 15 en de positie met maximale demping van elkaar geplaatst. In het weergegeven voorbeeld ligt het uitsteeksel 16 op de lijn, die het middelpunt van de cirkel, waarop de doorboringen 14 en 15 en de positie 30 met maximale demping liggen, en de doorboring 14 met elkaar verbindt, doch dit is niet noodzakelijk.A projection 16 is arranged on the outer surface of the part of the bush 7 placed in the housing 6. The projection 16 cooperates with three recesses 17 present in the inner wall of the housing 6 (see fig. 4 and 6). The recesses 17 are placed at the same angular distances as the bores 14 and 15 and the position with maximum damping from each other. In the example shown, the protrusion 16 lies on the line connecting the center of the circle on which the bores 14 and 15 and the position 30 have maximum damping and the piercing 14, but this is not necessary.

De doorbreking 18 in de eindwand 11 van het huis 6 is zodanig uitgevoerd, dat de binnenwand van het door deze doorbreking 18 gevormde cilindersegment 19 slechts een uitsparing 17 bevat, 35 zoals is weergegeven in fig. 4.The break-through 18 in the end wall 11 of the housing 6 is such that the inner wall of the cylinder segment 19 formed by this break-through 18 contains only one recess 17, as shown in Fig. 4.

De werking van het dempingsorgaan 3 zal hieronder aan de hand van figuren 6 en 7 worden toegelicht.The operation of the damping member 3 will be explained below with reference to Figures 6 and 7.

Er wordt uitgegaan van de in fig. 6 weergegeven stand van de bus 7 ten opzichte van het huis 6 en van de in fig. 7 40 weergegeven positie van de doorbreking 18 van de eindwand 11 1008065 6 van het huis 6.The position of the bush 7 relative to the housing 6 shown in Fig. 6 is assumed as the starting point and the position of the opening 18 of the end wall 11 1008065 6 of the housing 6 shown in Fig. 40 is assumed.

In de in fig. 6 en 7 weergegeven draaipositie van de bus 6 ten opzichte van het huis 7, bevindt de doorboring 15 in de eindwand 13 zich onder de doorbreking 18 van de eindwand 11 (zie 5 fig. 7) en daardoor staat het kanaal 4 en daarmede de gehoorgang van de gebruiker via de doorboring 15 met de omgeving in luchtverbinding. Het dempingsorgaan 3 heeft in deze positie een met de doorboring 15 corresponderende dempingswaarde. Wanneer vervolgens de bus 7 vanuit de in fig. 6 weergegeven draaipositie 10 rechtsom wordt gedraaid (dit komt overeen met linksom draaien in fig. 7) totdat het uitsteeksel 16 in de eerstvolgende uitsparing 17 grijpt, komt de doorboring 14 onder de doorbreking 18 van de eindwand 11 te liggen en daardoor wordt het dempingsorgaan 3 op de met de doorboring 14 corresponderende dempingswaarde 15 ingesteld. Bij verder draaien van de bus 7 komt vervolgens een positie van de eindwand 13 zonder doorboring onder de doorbreking 18 te liggen, waardoor er geen luchtverbinding tussen de gehoorgang van de gebruiker en de omgeving via het kanaal 4 aanwezig is, en het dempingsorgaan 3 op de maximale dempingswaarde 20 is ingesteld.In the rotational position of the sleeve 6 with respect to the housing 7 shown in Figs. 6 and 7, the bore 15 in the end wall 13 is located under the breach 18 of the end wall 11 (see Fig. 7) and therefore the channel 4 and therewith the user's ear canal via air bore 15 with the environment. The damping member 3 in this position has a damping value corresponding to the bore 15. When the sleeve 7 is then rotated clockwise from the rotational position 10 shown in Fig. 6 (this corresponds to rotate counterclockwise in Fig. 7) until the protrusion 16 engages in the next recess 17, the hole 14 passes under the break 18 of the end wall 11 and thereby the damping member 3 is set to the damping value 15 corresponding to the bore 14. When the sleeve 7 is rotated further, a position of the end wall 13 without penetration then lies under the breakthrough 18, as a result of which there is no air connection between the ear canal of the user and the environment via the channel 4, and the damping member 3 on the maximum damping value 20 is set.

Hoewel in het hierboven gegeven uitvoeringsvoorbeeld drie draaiposities met bijbehorende dempingswaarden zijn weergegeven, is het duidelijk, dat meerdere draaiposities met bijbehorende dempingswaarden kunnen worden verschaft, waarbij de doorbreking 25 18 in de eindwand 11 van het huis 6 zodanig is uitgevoerd, dat telkens slechts één doorboring in de eindwand 13 of geen doorboring in een overlappende relatie ligt met de doorbreking 18 en via deze doorbreking in verbinding staat met het kanaal 4.Although in the exemplary embodiment given above three turning positions with associated damping values are shown, it is clear that several turning positions with corresponding damping values can be provided, wherein the break-through 18 in the end wall 11 of the housing 6 is such that only one hole is pierced in the end wall 13 or no piercing is in an overlapping relationship with the breach 18 and is in communication with the channel 4 via this breach.

Hoewel in de tekening een gehoorbeschermer met een 30 afdichtingslichaam van de soort voor universeel gebruik is weergegeven, dit wil zeggen, dat het afdichtingslichaam zodanige afmetingen heeft, dat dit geschikt is voor gebruik door verschillende personen, kan de gehoorbeschermer ook een afdichtingslichaam omvatten, dat voor een bepaalde gebruiker 3 5 op maat is gemaakt, welk afdichtingslichaam ook wel otoplastiek wordt genoemd.Although the drawing shows a hearing protector with a sealing body of the type for universal use, that is to say that the sealing body has dimensions such that it is suitable for use by different persons, the hearing protector can also comprise a sealing body, which a particular user is custom made, which sealing body is also called otoplasty.

10080651008065

Claims

1. Hearing protector, comprising a sealing body to be placed in a user's ear canal with a channel extending therethrough, which in use forms an air connection between the ear canal and the environment, wherein in the proximal end portion of the channel an adjustable rotary damper is used. pusher is provided, characterized in that the damper 10 has two or more discrete pivot positions with an associated damping value.

Hearing protector according to claim 1, characterized in that the damping member comprises a first element with at least one through-opening and a co-operating second element with at least one through-opening, which elements are rotatable mutually, so that the openings in said elements mutually dependence of the mutual rotation angle to a greater or lesser extent. 20

Hearing protector according to claim 2, characterized in that in one of the discrete pivoting positions there is no overlap of the openings in both elements. 2 5

Hearing protector according to one of claims 2 and 3, characterized in that the first element is a stationary element and the second element is a rotatable element.

Hearing protector according to any one of claims 1 to 30 4, characterized in that the discrete pivoting positions are defined positions by snapping or clicking.

Hearing protector according to any one of claims 3 to 5, characterized in that the stationary element forms an end wall, 3. part of which is broken away, of a housing arranged in the channel, and the rotatable element an end wall with a is a plurality of equally angled bores of different diameters of a sleeve disposed in the housing, the sleeve extending axially outside the housing and fixed in an axial direction. 1008065 δ

Hearing protector according to claim 6, characterized in that the housing at the end remote from its end wall comprises a flange, on the periphery of which a number of circumferentially distributed cams with an inwardly directed snap groove are arranged, in which snap groove a snap edge which is provided complementary on the bus engages.

Hearing protector according to one of claims 6 and 7, characterized in that at least 10 has a protrusion on the outer surface of the sleeve and recesses are present in the inner wall of the housing, into which the protrusion can engage when the sleeve is turned the number of recesses corresponding to the number of damping values to be set with the damping member. 15

Hearing protector according to claim 8, characterized in that the number of holes of different diameter is two, and that the number of recesses is three. 1008065